Bovenooglidcorrectie door de oogarts

Inleiding

De oogarts heeft met u besproken dat er een ooglidcorrectie bij u wordt gedaan. In deze folder willen wij u informeren over de gang van zaken rondom de operatie.  

Klachten

Het komt regelmatig voor dat mensen bij het zien, last krijgen van ‘zware’ bovenoogleden. Dit kan zich uiten door belemmering bij het zien (zogenaamde blikveldbeperking), een moe en zwaar gevoel in de ogen en problemen bij televisie kijken of de krant lezen. Meestal worden de klachten in de loop van de dag erger. Vaak is er ook de klacht dat men er zo ‘oud’ of zo ‘moe’ uitziet. 

De bovenoogleden gaan hangen als gevolg van het verslappen van de huid en de spier rond het oog. Soms gaat dit gepaard met een uitpuilen van vetweefsel in de oogkas. Hierdoor wordt de huid naar voren geduwd, gaat plooien of laat een bolling boven of onder het oog zien. Bij een ooglidcorrectie wordt een teveel aan huid verwijderd. 

Voor de operatie

Voor de operatie stellen we u vragen over uw gezondheid, of u ernstige operaties heeft ondergaan, welke geneesmiddelen u gebruikt en of u rookt. Bloedverdunnende medicijnen hoeven niet te worden gestopt, tenzij expliciet aangegeven.    

De operatie

Vlak voor de operatie tekent de oogarts het huiddeel af dat weggenomen zal worden. De ingreep vindt plaats onder lokale verdoving (u krijgt enkele kleine verdovingsprikken). De operatie bestaat uit het wegnemen van het huid- en spieroverschot, eventueel gecombineerd met het verwijderen of verplaatsen van het overtollige vetweefsel. Het grootste deel van het litteken komt te liggen in de natuurlijke plooi van het bovenooglid. Deze littekens trekken bij en zijn vrijwel altijd onopvallend. 

Na de operatie 

Na de operatie kunnen de oogleden dik, blauw en gezwollen zijn, maar vrijwel nooit zo erg dat u niet meer kunt zien. Er wordt geen verband aangebracht en wassen en douchen blijft mogelijk. We raden u wel aan om de huid droog te deppen. Het advies is om thuis de eerste dagen de oogleden te koelen met iets kouds uit de koelkast, bijvoorbeeld coolpacks of een speciale gelbril. Hiermee kunt u de pijn en zwelling tegengaan en een pijnstiller is dan meestal niet eens nodig. Na vijf tot zeven dagen worden de hechtingen verwijderd. Daarna kunnen de littekens eventueel met vitamine E crème worden ingesmeerd. Over het algemeen is de ingreep weinig belastend en levert een goed resultaat op.     

Complicaties en risico’s

Soms komt achteraf een meer dan normale bloedlekkage voor. Dit is meestal niet ernstig, maar het duurt dan wel langer voordat het normale uiterlijk is hersteld. Ook kan het voorkomen dat de eerste tijd na de operatie de ogen niet geheel te openen of te sluiten zijn. Soms kan een zogenaamde epitheelcyste (een holte met vocht) ontstaan in het litteken. Ook dit is chirurgisch te verwijderen. Dit komt echter zelden voor.

Sommige mensen hebben naast hangende bovenoogleden ook uitgezakte wenkbrauwen. In dat geval zal alleen een ooglidcorrectie maar beperkt resultaat opleveren. De arts zal dit vooraf met u bespreken, alsook een eventuele wenkbrauwcorrectie. 

Vergoeding

Het is verstandig om vooraf contact op te nemen met uw zorgverzekeraar. Zij kunnen u informeren of de kosten van de ingreep worden vergoed.  

Tot slot

Heeft u na het lezen van deze folder nog vragen, neem dan gerust contact op met de polikliniek Oogheelkunde via de BeterDichtbij-app of telefonisch via 0492 - 59 59 52.