logo

Dikkedarmoperatie - voorbereiding



Tijdens het gesprek met de arts bent u op de hoogte gebracht waarom deze operatie noodzakelijk is. Het is goed u te realiseren dat bij het vaststellen van een aandoening en de behandeling ervan, de situatie voor iedereen anders kan zijn. In deze brochure wordt uitleg gegeven over een dikkedarmoperatie en de voorbereiding die nodig is. 

Anatomie en functie van de dikke darm 

Ons voedsel komt via de slokdarm, maag en dunne darm terecht in de dikke darm. De dikke darm is het laatste deel van ons spijsverteringskanaal. In de dikke darm worden vitaminen en vocht weer geresorbeerd, dus teruggegeven aan de bloedbaan. Daardoor dikt de darminhoud tot normale ontlasting in. In totaal is de dikke darm ongeveer 150 cm lang. Bij de dikke darm onderscheidt men een aantal delen. Rechtsonder in de buik gaat de dunne darm over in de dikke darm. Het eerste gedeelte van de dikke darm heet het coecum. Aan het coecum zit de blindedarm (de appendix). Het opstijgende deel (colon ascendens) loopt tot aan de lever. Bij de lever maakt de dikke darm een bocht en loopt onder de maag naar links. Dit heet het dwarslopende deel (colon transversum). Vervolgens maakt de dikke darm opnieuw een bocht en loopt links in de buik naar beneden: het afdalende deel (colon descendens). Dit gaat over in een S-bochtig deel (sigmoïd). Het laatste deel van de dikke darm bestaat uit de endeldarm (rectum), die eindigt met de sluitspier (anus).  

Behandelingsmogelijkheden 

Het soort operatie is afhankelijk van de oorzaak van de afwijking en de plaats van de afwijking in de dikke darm. In het algemeen wordt getracht de continuïteit weer te herstellen nadat het zieke deel verwijderd is. De omvang en de duur van de operatie hangen af van de plaats, de grootte en de mate van plaatselijke uitbreiding van de tumor of ontsteking. 

Het lymfklierweefsel in de dikke darm is nauw verweven met de bloedvaten die de dikke darm van bloed voorzien. Daarom is het noodzakelijk dat een flink deel van de dikke darm, samen met de lymfeklieren en bloedvaten worden weggenomen. De twee overblijvende uiteinden van de dikke darm worden daarna weer aan elkaar gehecht. Een dergelijke verbinding noemt men een ‘anastomose’. Zo mogelijk wordt de kwaadaardige tumor of het ontstekingspakket tijdens een operatie verwijderd. Als er doorgroei in omringende weefsels is, kan een omvangrijkere operatie nodig zijn. Indien de tumor niet te verwijderen blijkt en als gevolg daarvan de kans bestaat dat de dikke darm wordt afgesloten, zal de chirurg het zieke deel van de darm buiten werking stellen door het aanleggen van een stoma.  

Al het weefsel dat tijdens de operatie wordt verwijderd, wordt onderzocht in een pathologisch anatomisch laboratorium. Het duurt gemiddeld 10 tot 15 werkdagen voordat deze uitslag bekend is. U krijgt van de chirurg (meestal bij de poliklinische controle) de uitslag van dit weefselonderzoek. 

Er zijn twee operatiemethoden om de darmoperatie uit te voeren: 

  • De laparoscopische darmoperatie (kijkoperatie) 
  • De ‘open’ (klassieke) darmoperatie. 

Uw behandelend arts bespreekt met u wat in uw geval de mogelijkheden zijn. In deze folder worden beide methoden besproken. 

Laparoscopische chirurgie 

Met een kijkoperatie kan de buikinhoud niet alleen geïnspecteerd worden, maar kan ook de daadwerkelijke operatie uitgevoerd worden. Door deze manier van opereren is het chirurgische letsel aanzienlijk kleiner. Er zijn geen grote wonden, waardoor er na de operatie minder pijn ervaren wordt. De patiënt kan snel uit bed en rondlopen, waardoor de lichaamsfuncties gestimuleerd worden. Ontslag uit het ziekenhuis kan in veel gevallen al binnen een aantal dagen na grote darmoperaties worden gerealiseerd.  

Nadat met behulp van een dunne naald wat lucht is ingeblazen in de buikholte, wordt de operatie via een aantal kleine sneetjes van 0,5 tot 1,2 cm uitgevoerd. Hierdoorheen worden een aantal kleine buisjes ingebracht. Het aantal buisjes kan variëren van drie tot zes, afhankelijk van de aard van de operatie.  

Met behulp van speciaal instrumentarium kan via de ingebrachte buisjes worden geopereerd. Via een videocamera wordt het inwendige beeld sterk vergroot afgebeeld op een videomonitor, waarop de chirurg diens handelingen kan volgen. Aan het einde van de ingreep wordt meestal een van de kleine sneetjes in de onderbuik verlengd tot ongeveer 5-7 cm, om het geopereerde stuk darm te verwijderen. 

Voordelen zijn: 

  • Minder pijn na de ingreep. 
  • Kortere opname duur. 
  • Sneller kunnen hervatten van het normale dieet 
  • Sneller kunnen hervatten van de dagelijkse activiteiten. 
  • Betere cosmetische resultaten. 

Lukt een dikkedarmoperatie altijd op laparoscopische wijze? 
In een aantal gevallen is het noodzakelijk tijdens de operatie over te gaan tot de ‘klassieke’ of ‘open’ procedure. Mogelijke oorzaken zijn: 

  • Er zijn te veel verklevingen na eerdere buikchirurgie. 
  • De tumor blijkt te groot. 
  • Er kan te weinig ruimte in de buik gemaakt worden om veilig te kunnen opereren.  
  • Er kunnen complicaties (zoals een ernstige bloeding) tijdens de operatie optreden die niet veilig laparoscopisch kunnen worden opgelost. 

De ‘open’ of ‘klassieke’ operatie 

Bij de ‘open’-techniek wordt een snee van net boven het schaambeen tot boven de navel gemaakt. Soms ook een dwarse snee in de flank. De rest van de ingreep verloopt hetzelfde als bij de laparoscopische techniek. De snee wordt meestal dichtgemaakt met oplosbare hechtingen, maar in sommige gevallen met nietjes. 

Mogelijke complicaties bij een operatie 

Geen enkele ingreep is vrij van de kans op complicaties. Zo zijn er ook bij een dikkedarmoperaties de normale risico's op complicaties van een operatie, zoals bijvoorbeeld trombose, longontsteking, nabloeding of een wondinfectie. Wondinfectie komt relatief vaak voor en geeft aanleiding tot een vertraagde wondgenezing. In acute situaties, waarbij de darm niet goed kan worden voorbereid, wordt de wond soms opengelaten om wondinfecties te voorkomen. Daarnaast zijn er nog enkele specifieke complicaties mogelijk, zoals een lekkage van de darmaansluiting (naadlekkage). Dit is een ernstige complicatie, waarvan u erg ziek kan worden. Er komt ontlasting in de buik en het is noodzakelijk om opnieuw te opereren. Er zal een (tijdelijk) stoma aangelegd worden om de naad tot rust te laten komen. Daarnaast krijgt u een aantal dagen antibiotica via het infuus. Gelukkig komt het weinig voor (tussen de 7 en 14 procent).  

Ook kunnen er zich problemen voordoen bij het plassen, waarvoor soms (tijdelijk) een katheter nodig is. 

De kans op complicaties bij een laparoscopische operatie zijn niet groter dan bij een operatie volgens de ‘open’ techniek. 

Voorbereiding dag vóór de operatie 

  • Als u medicijnen gebruikt, wordt op de preoperatieve poli aangegeven of u mag doorgaan of moet stoppen met het innemen ervan.  
  • Gebruik alleen nog licht verteerbare maaltijden (zie voorbeeld dagmenu).  
  • Laat u in de ochtend in het ziekenhuis bloed prikken (neem de bloedbonnen mee). Als u op maandag wordt geopereerd dan laat u vrijdagmiddag bloed prikken. 
  • Neemt u op de avond voor de operatie twee flesjes Provide Xtra in, één om 17.00 uur en één om 20.00 uur. Dit geldt niet voor diabetespatiënten. 
  • Neemt u voor de nacht uw eigen slaapmedicatie in. Gebruikt u geen slaapmedicatie, dan neemt u een half uur voor dat u gaat slapen de Temazepam in. 
    • Bent u jonger dan 65 jaar dan gebruikt u 20 mg (twee tabletten).     
    • Bent u ouder dan 65 jaar dan gebruikt u 10 mg (één tablet). 
  • Drinkt u geen alcohol. 

Voorbeeld dagmenu licht verteerbaar 

Ontbijt en lunch

  • 2 à 3 sneetjes lichtbruin brood zonder pitjes of zaden, besmeerd met halvarine.
  • Broodbeleg: kaas, magere vleeswaren of zoet beleg zonder pitjes. 
  • Drinken: koffie, thee of zuivelproduct zoals melk, karnemelk, of (vruchten)yoghurt. 

Warme maaltijd

  • Gekookte aardappelen (puree), pasta, rijst en zonder specerijen zoals peper of nootmuskaat. 
  • Gaar gekookte groenten, zoals wortels, bloemkool, broccoli of sperziebonen. 
  • Vlees/vis/gevogelte/vleesvervangers: 
    • Vlees: Geen taai, draderig vlees. Mager vlees licht gebakken, zoals fricandeau, hamlapje, varkenshaasje, tartaar. 
    • Vis: Gekookte of gestoofde forel, kabeljauw, koolvis, schelvis, scholfilet, tilapia, tonijn en wijting. 
    • Vleesvervangers: Tofu, tempeh, seitan.  

Tussendoortjes

  • Portie zuivel, zoals mager- of halfvolle melk, karnemelk, mager- of halfvolle yoghurt of kwark, drinkyoghurt. 
  • Plakje kaas of magere vleeswaren (rookvlees, kip-kalkoenfilet, achterham, magere fricandeau) 
  • Eierkoek 
  • Ontbijtkoek 
  • Rijp geschild fruit zonder pitjes 
  • Fruit uit blik of pot 
  • Droge biscuits 
  • Cupje appelmoes 

Dag van de operatie 

Op de dag van de operatie en voordat u naar het ziekenhuis komt: 

  • Volgt u de adviezen op uit de folder die u op de polikliniek van de anesthesiologen heeft gekregen tijdens het intakegesprek.  
  • Neemt u uiterlijk twee uur voor de opnametijd één flesje Provide Xtra. Dit geldt niet voor diabetespatiënten.  
  • Neemt u voor dat u naar het ziekenhuis gaat een warme douche. 
  • Zorgt u ervoor dat u op de afgesproken tijd op de afdeling bent. 

Het is voor het herstel na de operatie belangrijk dat u gedurende de ziekenhuisopname een normale lichaamstemperatuur houdt. U kunt daar zelf ook iets aan doen. Bijvoorbeeld door het dragen van een warme jas wanneer u naar het ziekenhuis komt. Op de afdeling krijgt u een operatiejasje aan, zorg ervoor dat u onder de deken ligt ook met uw armen. U krijgt voordat u naar de operatiekamer gaat een warmtedeken over u heen. 

Informatie Provide Xtra 

  • Nuchtere periode vlak voor de operatie 
    Vlak voor een operatie moet de patiënt nuchter zijn. Na onderzoek is gebleken dat het veilig is tot twee uur voor de operatie heldere dranken te geven voorafgaand aan de anesthesie. 
  • Heldere, koolhydraatrijke drank 
    Er is een heldere drank, rijk aan koolhydraten, ontwikkeld: Provide Xtra. Deze drank is verkrijgbaar in verschillende smaken. Uit vele klinische onderzoeken is gebleken dat Provide Xtra veilig is en dé optimale manier om patiënten voor te bereiden op een operatie. Het dorstgevoel wordt verminderd en de bloedsuikers blijven op peil waardoor de patiënt zich beter voelt na de operatie. De flesjes Provide Xtra krijgt u mee van de coloncareverpleegkundige. Provide Xtra is lactose-, gluten- en melkeiwitvrij. 
  • Diabetespatiënten 
    Vanwege de hoeveelheid koolhydraten die in Provide Xtra zitten, mogen diabetespatiënten geen Provide Xtra gebruiken. 

Temazepam 

  • Samenstelling 
    Een tablet bevat 10 mg Temazepam. Het bevat geen gluten en lactose. 
  • Wat doet dit medicijn 
    Temazepam behoort tot de benzodiazepinen. Het werkt rustgevend, spierontspannend en vermindert angstgevoelens. Artsen schrijven het voor bij slapeloosheid. 
  • Werking 
    Neem het middel tenminste een half uur voor u wilt gaan slapen in. Neem het alleen als u na inname minsten zes uur de tijd heeft om te slapen. Als u voor die tijd wakker moet worden, zult u nog te veel last van de versuffende werking hebben. 
  • Op welke bijwerkingen moet ik letten 
    Behalve het gewenste effect kan dit middel bijwerkingen geven, ook de volgende dag. De belangrijkste bijwerkingen zijn slaperigheid, sufheid, vermoeidheid, verminderde coördinatie, spierzwakte, trager denken, afname gevoelens, maagdarmstoornissen, hoofdpijn, duizeligheid, zweten, hartkloppingen, droge ogen, huiduitslag, jeuk en afhankelijkheid. 
  • Als ik dit medicijn gebruik, mag ik dan autorijden en/of alcohol gebruiken? 
    Sommige medicijnen hebben een invloed op de rijvaardigheid. Het is dan strafbaar om aan het verkeer deel te nemen. Als u onder invloed bij een ongeval betrokken raakt, kunt u aansprakelijk worden gesteld. Dit medicijn vermindert uw reactietijd en maakt u onhandig. Bijvoorbeeld tijdens sturen, schakelen en remmen. Dit komt door de bijwerkingen, zoals sufheid, verminderde coördinatie, spierzwakte, slaperigheid, trager denken en wazig zien. De invloed van dit medicijn op uw rijvaardigheid is groter dan na het drinken van vier standaardglazen alcoholische drank. 
  • Instructies voor gebruik en verwerking 
    Neem de avond voor de operatie één of twee tablet(ten) in, afhankelijk van uw leeftijd.
    • Bent u jonger dan 65 jaar dan gebruikt u 20 mg (twee tabletten).     
    • Bent u ouder dan 65 jaar dan gebruikt u 10 mg (één tablet) 

Opname

U wordt opgenomen op de dag van de operatie. U moet nuchter zijn voor de operatie. Dit betekent dat u vanaf zes uur voor de opname: 

  • Niets meer mag eten. 
  • Niets meer mag drinken (u mag tot 2 uur voor de opname alleen nog een beetje water drinken en uw Provide Xtra).  
  • Niet meer mag roken 

Voor meer informatie verwijzen wij u naar de folder 'Anesthesie'.

Meldt u zich op het afgesproken tijdstip op de opnameafdeling. Een verpleegkundige vangt u op en beantwoordt eventuele vragen en bereidt u voor op de operatie. Nadat u uw operatiejasje heeft aangetrokken, krijgt u al de eerste medicatie voor de operatie. Eventuele medicatie die u thuis gebruikt wordt in overleg met uw arts zo nodig gegeven. U krijgt een warme deken over u heen gelegd. 

Operatie 

U wordt door de verpleegkundige in uw eigen bed naar de operatie voorbereiding gebracht. Daar wordt u opgevangen door een anesthesiemedewerker. In de voorbereidingsruimte wordt een infuus aangebracht en worden de nodige controles bij u uitgevoerd. Daarna wordt u in het bed naar de operatiekamer gereden en daar mag u op de operatietafel gaan liggen. De anesthesist brengt u in slaap. Samen met de anesthesiemedewerker houdt de anesthesist u gedurende de operatie in de gaten. U bent aangesloten op apparatuur die de belangrijkste lichaamsfuncties, zoals bloeddruk, ademhaling, temperatuur en diepte van de slaap registreren.  

Na de operatie 

Na de operatie wordt u weer wakker op de uitslaapkamer, waar de nodige controles worden uitgevoerd. Als u goed genoeg wakker bent, krijgt u een waterijsje aangeboden. Het is wetenschappelijk aangetoond dat het gebruik van een waterijsje direct na de operatie een gunstig effect heeft op de werking van de pijnbestrijding. Een eventuele katheter in de blaas die tijdens de operatie wordt ingebracht, wordt op de operatiekamer verwijderd. 

Als u goed genoeg wakker bent, gaat u terug naar de verpleegafdeling. U start meteen met drinken. De eerste 24 uur drinkt u anderhalve liter, de tweede 24 uur twee liter. U mag direct na de operatie weer normaal eten.  

Na de operatie start u direct met de ademhalingsoefeningen die de fysiotherapeut u geleerd heeft. Zes uur na de operatie komt u voor het eerst uit bed. Een verpleegkundige helpt u op een stoel. Het is de bedoeling dat u op de dag van de operatie, verspreid over de hele dag, twee uur uit bed komt. De dag na de operatie trekt u uw eigen kleren aan en gaat u verder met mobiliseren. Het streven is dan om in de eerste twee dagen zes tot zeven rondjes (900 stappen) over de afdeling te lopen. Op afdeling Heelkunde is ook een huiskamer ingericht waar u een gedeelte van de dag kunt doorbrengen. U wordt hier naar toe begeleid door de fysiotherapeut of de verpleegkundige. 

Iedere dag gaat u snel vooruit. Afhankelijk van hoe snel u opknapt kunt het ziekenhuis weer verlaten. Dit kan soms al binnen twee tot vier dagen zijn. 

Sommige patiënten gaan na de operatie eerst naar de Intensive Care. Maar heel weinig mensen weten zich dit achteraf nog te herinneren. Vaak zullen de eerste herinneringen na de operatie weer op de afdeling terugkomen. 

Controleafspraak en nabehandeling 

Wanneer u met ontslag gaat, krijgt u een controleafspraak mee voor de polikliniek waar u (in de meeste gevallen) uw eigen arts treft. Hoe lang u poliklinisch wordt gecontroleerd, hangt natuurlijk af van de aard van uw ziekte. Bij sommige vormen van kanker is aanvullende behandeling, zoals radiotherapie of chemotherapie noodzakelijk. U wordt hierover uitvoerig geïnformeerd. 

Casemanager colorectale chirurgie en coloncare/stomaverpleegkundige is bereikbaar via de poli Chirurgie.

Contact


Stel uw vraag via BeterDichtbij: www.elkerliek.nl/beterdichtbij


Polikliniek Chirurgie

Locatie Helmond
T: 0492 – 59 59 61


© 2025 Elkerliek ziekenhuis
CHI-DIK
Laatst bewerkt: 18-8-2025